Bakkers mogen geen rijsttaart op grootmoeders wijze meer verkopen
Bakkers kunnen geen artisanale rijsttaart meer maken en bewaren als ze de voorschriften van het FAVV moeten volgen.
Alles heeft te maken met een van de basisproducten namelijk melk.
De hele discussie draait in feite om twee zaken: het bereidingsproces en de bewaring van de rijsttaartjes, zegt Bart Thomassen van de beroepsfederatie voor bakkers Vlaanderen.
Natasja De Troch
Bereidingsproces volgens grootmoeder
De basis van rijsttaart is uiteraard de rijstpap. En die moet gekookt worden volgens strenge normen . Zo moet ze voldoende aan de kook gebracht worden om alle eventuele bacteriën te doden. Maar nogal wat bakkers gebruiken hun eigen bereidingswijze volgens een oud recept. En dat biedt volgens het FAVV onvoldoende garanties, zeker als er verse hoevemelk gebruikt wordt.
Die hoevemelk is nodig om het ambachtelijk karakter en het label van streekproduct te behouden.
Bewaartemperatuur
Tweede discussie is de bewaartemperatuur. Volgens het FAVV moeten rijsttaartjes, net als andere patisserie, bewaard worden bij max 7 graden. Dit leidt tot smaakverlies en de taartjes drogen ook sneller uit, zeggen de bakkers die niet willen afwijken van hun ambachtelijk recept.
